Pasen valt dit jaar laat t.o.v. vorig jaar. Gelukkig, want nu zitten we niet te wachten op sneeuw en hagel, maar op mooi weer. En dat is het als we op zaterdag 19 april uitvaren voor een lang weekend.
De wind is oostelijk en we hebben een trip Enkhuizen, Lemmer, Lelystad voor ogen. Hoewel zonnig met een strak blauwe hemel is het op het water meer dan fris en we zijn dik aangekleed.
De route is naar Enkhuizen, een route die we kunnen dromen intussen. Maar Enkhuizen is altijd leuk om te bezoeken.
Aangekomen in de Compagnieshaven, maken we een ommetje langs het Zuiderzee museum, naar het strandje van Enkhuizen. Een kant van Enkhuizen die ik niet eerder heb bezocht.
Vanaf het strandje heb je een mooi uitzicht over het IJsselmeer en er wordt volop gekitesurft. Een ongelukkige beginneling beland met zijn kite in de bomen, die langs het strandje staan. De wind is krachtig en de mannen en vrouwen met weinig ervaring hebben hun handen vol aan de kites, die ook nog nu en dan met elkaar in de knoop raken.
De volgende dag, eerste Paasdag, varen we uit in Noordelijke richting. De wind is nog steeds oostelijk en er is een windwaarschuwing afgegeven door het KNMI van 6 Bft. Met een rif, de eerste keer met het nieuwe zeil, varen we uit. Het lijkt of alle schepen noordwaarts gaan; een wolk aan boten verlaat Enkhuizen. Het is wederom zonnig en koud.
Omdat we initieel naar Lemmer willen, niet bezeild vandaag, en het steeds harder gaat waaien; we meten 7 Bft tot 32 knopen over dek, besluiten we richting Stavoren te zeilen.
Eenmaal in de Marina, genieten we van een biertje en dan ontrafelt er zicht een tafereel waarvan je hoopt dat het jouw niet overkomt.
Er komt een huurjacht, een Jeanneau 34.2 genaamd Passaat, met Duitsers, maar een Nederlandse vlag(?), afmeren in zijn achteruit, alsof er een auto achteruit moet worden ingeparkeerd. Met de kont tegen de wind in (???) draait de schipper (of moet ik zeggen bestuurder) de boot achterwaarts de box in. Natuurlijk waait de punt weg en ligt het schip nu met de kont net achter de meerpaal min of meer dwars voor de box. De bestuurder geeft vol gas achteruit en remt daarmee het schip dat aan hoge kant van hem ligt. Hoewel ook een huurjacht blijft het zonde. Een nieuwe poging wordt ingezet maar nu probeert de bestuurder de boot voorwaarts in de box te varen. Gek genoeg heeft hij niemand op het voordek staan en zelfs afmeer lijnen liggen er niet. Wij vragen ons af of dit een nieuwe techniek is die wij nog niet kennen.
Dat blijkt niet zo te zijn en ook de tweede poging mislukt jammerlijk.
We hebben een 1/2 uurtje reality TV op zijn best, maar ik wind mij wel op over het feit dat je kennelijk zonder enig bewijs van vermogen een schip kunt huren. Je zal er zal er naast liggen als ze komen binnen varen.
’s Avonds willen we wat eten en besluiten bij de Potvis, het restaurant in de jachthaven, wat te gaan eten. Vage herrineringen van vorig jaar doen denken aan de tijdrovende bediening. Als we binnen komen worden we ergens aan een tafeltje gestationeerd met de opmerking “we komen zo bij u”. Na een kwartier hebben we nog steeds niemand gezien. Er zijn slecht een paar tafeltjes bezet en er loopt 3 man in de bediening. We weten nu weer precies wat er de vorige keer is gebeurd. Het personeel doet maar wat en we vertrekken weer. Ik zeg tegen de man achter de bar, want glazen afwassen is kennelijk veel belangrijker dan je gasten ontvangen, dat we weer gaan. “Doei” zegt ie. Wij ook en zullen er nooit meer komen. Daarna hebben wij prima gegeten in de Visserman bij het sluisje in Stavoren. Prima bediening; Potvis daar kunt u nog wat van leren!
De volgende dag, 2de Paasdag, varen we terug naar Lelystad. De voorspelling heeft het over buien met mogelijk onweer. Buien hebben we gehad, onweer gelukkig niet.