Op 6 en 7 april 2019 is het zover; we kunnen weer zeilen. Eindelijk!
Op ons gemak maken we de Yazz klaar voor vertrek en tegen een uur of 12 sturen we op de Margrietsluis af. Net als de het Prinses Margrietkanaal opdraaien richting de sluis, gaat de brug open. Ik roep de sluis op en vraag of we nog mee kunnen schutten. “Ik doe wel de brug dicht..” is het antwoord door de marifoon. Eerst denk ik dat we dus pech hebben, maar als we dichterbij komen staan de lichten nog steeds op groen; we kunnen dus invaren als de brug open gaat. ALs we de sluis invaren is de middendeur dicht met daarvoor de jachten die invoeren toen ik de sluis opriep. We hebben en snelle schutting en ik bedank de de sluis voor hun goede service.
We varen wat verder door dan anders omdat het zeil voort het eerst weer omhoog gaat en alle reeflijnen etc. dus nog even moeten zetten op de juiste lengte. Kort daarop zetten we koers op de eerste windmolen bij de Friesche Hoek. Een Jeanneau 38 met een grote genua loopt met ons op en lijkt hel even voor te gaan. Ik realiseer me dat ik nog geen spanning op het voorlijk van de fok heb gedraaid. Zodra ik dat gedaan hebben lopen we weg van de Jeanneau. Bye bye zwaai zwaai…
Het waait een knoop of 8 à 9 en toch lopen we een knoop of 6 op een ruime koers. Het plan is Enkhuizen. Halverwege zakt de wind terug naar een knoop of 6 en we lopen nog maar 3 knopen. Later, op een uurtje van Enkhuizen valt de wind er helemaal uit en gaat de motor aan. Omdat het zicht matig is laten we het grootzeil vooralsnog staan.
Rond 17:15 leggen we aan aan de meldsteiger van de Compagniehaven. Er is geen havenmeester en het kantoor is dicht. We moeten dus de automat gebruiken om te betalen en een plek te zoeken. Echt gebruikersvriendelijk is het niet, maar uiteindelijk kan ik een naam en lengte van de Yazz invoeren en een plek kiezen. We kiezen Q7.
Het afmeren aan de meldsteiger moest tussen 2 schepen in met net aan genoeg ruimte. De Duitsers op een huurbak voor ons, 43 voet Bavaria, zaten al te kijken hoe we in 1x tussen de twee schepen inparkeren. Maar ze staan met nog grotere ogen te kijken als we op de achterspring het steven van de wal wegdraaien en weer wegvaren.
Bij Q7 zegt Jeannet dat ‘y niet past, maar mijn logica zegt dat we er gewoon in moeten kunnen sturen. Ter hoogte van de mast vaar ik de Yazz klem tussen de palen; we krijgen hem niet in de box. Met een beetje duwen aan de palen vaar ik de Yazz achteruit en zie op Q4 een bredere box. Ik draai hem richting tussen de palen. Opnieuw zegt Jeannet dat ’t niet past. Eigenwijs als ik ben vaar ik de Yazz schuin tussen de palen… schocking klem midscheeps en terwijl de boeg bijna de steiger raakt, steek sta ik achter het roer nog voor de palen. Dus niet alleen te smal maar ook veel te klein deze boxen. Fijn systeem daar in de Compagnieshaven….
Met pijn en moeite krijgen we de Yazz weer tussen de palen vandaan en leggen hem nu in een grote box op de kop van de R steiger. We nemen ons eerste boordbiertje en lachen we om de parkeer perikelen.
De slibtongetjes die we wilden eten in de Mastenbar worden gebakken scholfilets. Heerlijk. Daarna rondje Enkhuizen met extra grote ijsjes van Vivaldi en dan naar bed. De nacht is fris.
‘s-Morgens doet de kachel de kou uit de boot verjagen. Het is alsof we vorige week nog weg zijn geweest en de winter er niet is geweest de afgelopen 5 maanden.
Om 11:30 varen we uit en er staat iets meer wind uit NO-richting. Lemmer is dus niet bezeild. Omdat later op de dag de wind zal ruimen plan ik een koers met de eerste slag richting Urk, zodat we tegen de tijd dat de wind gaar krimpen een opsteker richting Lemmer kunnen gebruiken.
Na een uurtje valt de wind behoorlijk weg en dobberen we met een knoop of 2.5 verder. Dan trekt de wind aan uit Oostelijke richting naar 15 knopen en kunnen we nog even vol gas het laatste uur vol zeilen.
Het was een mooie opening van het seizoen.